Mijn toekomst

Eigenlijk, diep in mijn hart, eigenlijk wil ik er nooit aan denken dat Jordy dood zou zijn. Voor mijn gevoel kan dat ook niet, ik blijf maar denken dat hij weer een keertje thuis zal komen, terwijl ik tegelijkertijd ook wel weet dat ik mezelf illusies maak.

Soms, op de meest onverwachte momenten, zie ik voor me wat Jordy in zijn laatste minuten/seconden moet hebben gezien, gedacht en gevoeld. Ook zie ik dan de klap, hoor de vreselijke geluiden en voel bijna letterlijk de pijn die Jordy ook gevoeld moet hebben. Alsof ik er zelf bij ben geweest, alsof ik het ongeval mee heb beleefd.
Maar vrijwel onmiddellijk als ik deze gedachten krijg, weet ik ze ook weer buiten te sluiten, want ik wil daar helemaal niet aan denken, ik wil het allemaal niet weten, ik wil het niet als het ware zelf voelen. Dat doet teveel pijn van binnen, dan wordt alles ineens echt. En dat wil ik niet.

Hetzelfde ervaar ik elke keer als ik bij Jordy zijn eigen plekje ben. Ik wil niet denken aan hoe hij er nu bij zal liggen, hoe diep hij onder de grond ligt, hoe ver hij bij mij vandaan is. Onwillekeurig gebeurt dat toch steeds, maar ik heb mijn eigen manier gevonden om die gedachtes te verdringen. Ik concentreer mij op de bloemen die bij Jordy staan, soms aan één enkele bloem. Ik bekijk de blaadjes, ik bekijk de kleur. Ik kan minutenlang de vorm bestuderen, de stand van de bloem ten opzichte van het licht, het aantal blaadjes die eraan zitten. Maar andere keren ben ik helemaal gefascineerd door alle andere dingen die bij Jordy staan. Vlinders, zelfgemaakte vlinders, twee flesjes bier, de kaarsen, de brieven, de planten, de kadootjes die Jeroen heeft neergezet. De kaarsen waarvan er altijd minimaal één is die brandt.

Ik weet het, ik ben me ervan bewust, het blijft ontkennen. Maar met die ontkenning heb ik voor mezelf de enigste weg gevonden die bewandelbaar is, waarmee ik door kan gaan met het dagelijkse leven. Laat mij maar denken dat Jordy ergens ver weg is, dat hij ooit weer een keertje thuis komt. Ooit zal de echte realiteit wel een keertje doordringen. Maar tot die tijd doe ik het op mijn eigen manier, ook al lijkt het op ontkennen. Als ik dat niet doe, ik weet het zeker, dan stort ik in. Want ik kan Jordy toch nog niet missen? Hij is toch mijn kind, mijn oudste zoon? Hij moet nog ergens zijn, en de dag dat ik hem weer zal zien is voor mij de toekomst.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Hier kan worden gereageerd